Met veel bloeiende planten wil stadsecoloog Almere de vlinder redden

Het gaat niet goed met de vlinders in Nederland. Door de droogte van de afgelopen jaren is de vlinderstand gehalveerd. “Dat betekent dat we gewoon de helft minder vlinders tellen dan voorgaande jaren”, zegt stadsecoloog van Almere Ton Eggenhuizen. Door genoeg bloeiende planten aan te bieden, wil hij de vlinder een handje helpen.

De oorzaak voor de lagere vlinderstand is de droogte van vorig jaar en eerdere jaren, zegt de Vlinderstichting. Zo kwam de droogte van vorig jaar op het moment dat de vlindersoorten een rups waren, waardoor ze weinig te eten hadden. Dat is op zo’n grote schaal gebeurd dat weinig rupsen de nazomer overleefd hebben, aldus de stichting. Daardoor komt de bestuiving van wilde planten in gevaar.

Vlinderlinten door de stad
Eggenhuizen onderkent de uitspraken van de Vinderstichting. In Almere zijn al verschillende ‘vlinderlinten’ aangelegd, om insecten van genoeg eten te voorzien. “Dat is een hele lange lijn door de stad, met allerlei bloeiende planten. Eigenlijk een soort ‘nectarkroeg’ waar vlinders, bijen en andere insecten genoeg nectar en stuifmeel kunnen halen om zichzelf te voeden.”

Maar mensen met een tuin kunnen ook helpen. Eggenhuizen adviseert om onder meer klimop, salie, kattenkruid en karpatenklokjes aan te planten. Ook zijn eigen achtertuin heeft hij ‘vlinderproof’ gemaakt. Dat doet hij door strategisch bloemen te planten, zodat er de hele zomer lang wel iets in bloei staat. “Dat begint bijvoorbeeld met paardenbloemen, die al heel vroeg bloeien. En vervolgens probeer je tot het najaar nectar en stuifmeel aan te beiden.”

De stadsecoloog ziet graag dat meer tuineigenaren zijn voorbeeld volgen, al hoeven ze niet precies dezelfde bloemen te planten. “Juist in de variatie zit heel veel winst. Maar als we allemaal hetzelfde principe volgen, dan krijg je een hele rijke natuur in de stad.”

Dit bericht is tot stand gekomen door een samenwerking tussen 1Almere en Omroep Flevoland.